Eerder in de nazomer op ecoaarde.
De wind als muziek en de nazomerzon op de bast.
In de luwte versta ik de kunst van leven.
Dan sta ik in het midden en kan ik kiezen tussen laten en doen.
Ik mag zijn zoals nu en denk zo kan ik gaan.
In mijn kleine wereld het grotere aanschouwen.
De wind bepaald het ritme van mijn golven.
De zon mijn manier van kijken.
De planten hangen slap, de moed van wateren stokt.
Mijn minutieuze handelingen in het tuinieren verwaaien in de wind.
Laat toch varen waar iets nieuws mag komen!
Kijk maar, bedenk maar, droom maar, beleef maar.
De winterkoning tikt er op los.
Nu laat het dappere vogeltje zich even vanuit de houtril zien.
Alsof hij zeggen wil, laat nooit jou weemoed regeren.